Kort over Denemarken

Denemarken is een klein landje, ongeveer net zo groot als Nederland, maar heeft aanzienlijk meer kustlijn dan Nederland, namelijk 8.750 kilometer versus een magere 450 kilometer aan Nederlandse kustlijn. 

Hieronder vind je nog meer feiten en vertellingen over het Deense land. 

Aantal inwoners

Er zijn bijna 6 miljoen Denen en daarvan zijn er ongeveer 1200 over 100 jaar. De grootste stad in Denemarken is de hoofdstad Kopenhagen met ruim 667.000 inwoners. De tweede stad van Denemarken is Aarhus met ongeveer 373.000 inwoners, en de derde is Aalborg met ongeveer 225.000 Aalborgensere, zoals ze genoemd worden. Aarhus en Aalborg liggen in Jutland. Kopenhagen ligt op het eiland Sjælland.

Er is op sommige fronten rivaliteit tussen Jutland en Sjælland. Dat is gebaseerd op een tegenstelling tussen de grote stad (Kopenhagen) en het platteland (alles Jutland, volgens de mensen die op Sjælland en/of in Kopenhagen wonen). De Jutlanders noemen daarom Sjælland weleens het Duivelseiland en de hoofdstedelingen beschrijven Jutland als ‘het donkere Jutland’, waar weinig ontwikkelde mensen zouden wonen.

Kopenhagen

Parlementaire democratie

Denemarken is, net als Nederland, een parlementaire democratie met een koningshuis. Dat betekent dat de bevolking op volksvertegenwoordigers stemt die zich in politieke partijen georganiseerd hebben. Er is een regering en een premier. Op dit moment bestaat de regering uit drie partijen, Socialdemokratiet, Venstre en Moderaterne. Dit is een meerderheidsregering. Er is ook een koning, die weinig formele macht heeft.

In Denemarken mag de premier, Mette Frederiksen, zelf kiezen, wanneer ze verkiezingen uitschrijft, als dit maar binnen de maximale regeerperiode van vier jaar gedaan wordt. Het is in Denemarken niet ongewoon dat de regering zogenaamde rokades uitvoert, dat wil zeggen dat ministers van post wisselen, zonder dat er verkiezingen voor nodig zijn.

In Kopenhagen vind je het parlement, Folketinget, vergelijkbaar met de Tweede Kamer in Nederland. Er is geen Eerste Kamer in Denemarken. Ook zijn kerk en staat officieel niet gescheiden. Daar merk je doorgaans weinig van, al moet je wel naar de kerk als je een baby krijgt. De kerk houdt namelijk het bevolkingsregister bij.

Christiansborg, waar het Deense parlement huist.

Rigsfællesskab

Denemarken is ook een ‘rijkseenheid’ (gemenebest, of in het Deens: ‘rigsfællesskab’), waar de Faeröer en Groenland toe horen. Deze twee eilanden/eilandgroepen hebben beide twee zetels in de Deense Folketing. De Faeröer besturen zichzelf sinds 1948 en Groenland vanaf 1979. 

Groenland kan besluiten helemaal zelfstandig te worden en de rijkseenheid te verlaten, dat moet middels een referendum in Groenland besloten worden. Onlangs heeft de huidige Amerikaanse president de wens geuit om Groenland te kopen.

Op 11 maart 2025 hebben de Groenlanders gestemd. Een brede coalitie is gevormd en de premier is geleverd door de winnende partij, Demokraatit.

Europese Unie

Denemarken is lid van de Europese Unie, sinds 1973. Het onderhandelde vier opt-outs in 1993 en maakt geen deel uit van de Europese regels die over de euro, politie, migratie en defensie gaan. De laatste is echter in 2022 bij referendum afgeschaft.

De aard van het beestje

Denen worden vaak omgeschreven als ‘laid back’ (ontspannen) en gezellig, maar ook gesloten en moeilijk om meer dan oppervlakkig contact mee te onderhouden. Daar sluit ik mij bij aan. Als toerist word je goed behandeld, iedereen spreekt goed Engels en de Denen zijn trots op hun land. Daarom willen ze je graag vertellen wat je moet zien, waar je de beste koffietentjes kan vinden, of hoe ze als Vikingen de wereld ontdekten.

Maar als je helemaal in de samenleving opgenomen wilt worden, moet je hard werken! Je moet de taal goed leren (de test is: kun je het zinnetje rødgrød med fløde zonder struikelen uitspreken?!) en verder gewoon meedoen. De Deen houdt van Denemarken, z’n roggebrood, varkensvlees en af en toe een lekker biertje, dat moet je als buitenstaander (leren) waarderen.

Dannebrog, de Deense vlag sinds 1219.

Wat vinden ze leuk?

Denen houden van sport, voornamelijk voetballen, wielrennen en handbal. Deense sportfans zijn lollige types en kunnen goed tegen hun verlies. Bij gebrek aan nationale hooligans, worden de voetbalfans van het Deense nationale elftal ook wel ‘roligans’ genoemd, een samentrekking van het Deense woord ‘rolig’, rustig, en hooligan (als je meer over de grappige kronkels van de Deense taal wilt lezen, klik dan hier).

Denen houden ook van zoetigheid en lekker eten. Het land kent 31 Michelin restaurants (2023) en voor zover ik weet hebben alle nationale feestdagen hun eigen baksel of gerecht. Zo eet je bijvoorbeeld ‘fastelavnsboller’ met de Deense versie van carneval, eet je witte bolletjes de avond voor biddag, en eend met Sint-Maarten (Skt. Morten). Met kerst eet je eend of varkensvlees met gekaramelliseerde aardappeltjes en rode kool. Als dessert is er ‘risalamande’ een rijstpap met geschaafde amandelen, waar warme kersensaus overheen gegoten wordt. Je moet ervan houden.

Denen houden ook van zon, hygge en van hun vlag. Die heeft zelfs een naam, Dannebrog, en volgens de legende is deze uit de hemel neergedaald op het slagveld in 1219, en wappert sindsdien trots bij alle gelegenheden. Dat noemen ze vlagdag. Als je jarig bent, gaat de vlag uit. En kleine vlaggetjes gaan op de verjaardagstaart, in de vensterbank en op je verjaardagskaart. Het is zelfs verboden om andere vlaggen te hijsen, behalve de Zweedse, Noorse, IJslandse, Finse, Groenlandse, Faeröerse, Duitse en Oekraïense.